Wij zijn de beste boyband van de stad stad stad
Nummer één van ’t Lampegat gat gat
Dries staat daar en wij staan hier hier hier
Aan de zwier zwier zwier
potje bier bier bier
Met de Bockelulloos mee op pad pad pad
Dweilend door het Lampegat gat gat
Ga toch mee het is zo fijn fijn fijn
om een Bockelul te zijn
Laatst zag ik in ons Lampegat een bejaard bandje
T ene was nog knapper dan het andere ventje
Ze zongen daar uit volle borst een melodietje
Verrek zei ik toen, die band is iets voor de Zonnebloem
Het klonk, tot heel laat, nog lekker in de maat
De Bocken die zijn stuk voor stuk zeer ervaren
Zie ze nou toch schudden met hun wilde grijze haren
De hoge leeftijd heeft op hen zo te zien geen vat
Vanaf de kroeg tot in de tent wat een groot talent
Op TV, ja straks, bij onze omroep Max
Een vrouwke hier een vrouwke daar, wat schnabbels op een dag
Zolang dat allemaal van d’n dokter mag
Ze zingen van de kauwgumbal en van die mooie muts
we schenken weer de glazen vol en de blazen slaan op hol
Dat gaat, hatsikidee, met de rollator naar de plee

Gezongen en geschreven door de Bockelullo’s
net ontsnapt uit de Wilgenhof
Origineel: Reisje langs de Rijn